Civielrechtelijke afdoening van online fraude
Onderzoeksproject naar de kansen en risico’s
#Slachtoffers van online criminaliteit
Steeds meer Nederlanders worden slachtoffer van online criminaliteit, maar de aangiftebereidheid van slachtoffers is erg laag. Bovendien komen slachtoffers die wel aangifte bij de politie doen veel obstakels tegen. Als alternatief voor het strafrecht kunnen slachtoffers van online fraude tegenwoordig zelf een civiele rechtsvertegenwoordiger inschakelen om de geleden schade op de dader te verhalen. Het Centre of Expertise Cyber Security (CoECS) van de Haagse Hogeschool doet samen met een breed consortium van maatschappelijke partners onderzoek naar de kansen en risico’s van de civielrechtelijke afdoening van online fraude voor slachtoffers, daders en de samenleving.
Sinds begin 2021 kunnen slachtoffers van fraude een terugstortverzoek naar de vermeende oplichter laten sturen en bij weigering van het terugstortverzoek naam, adres en woonplaats van deze rekeninghouder ontvangen. Slachtoffers kunnen vervolgens met deze gegevens een rechtsvertegenwoordiger hun geld laten terugeisen. Wanneer er ondanks aanmaningen en herinneringen niet wordt betaald, kan er namens het slachtoffer worden gedagvaard. In het onderzoeksproject staat deze civielrechtelijke procedure centraal.
Gezien de bijzondere aard van de procedure die strafbare feiten afdoet buiten het strafrecht en de nieuwe manier van uitvoering geven aan slachtofferrecht, zijn er nog veel vragen. In hoeverre voorziet deze afdoening aan de genoegdoening van slachtoffers van online fraude? Wat zijn de gevolgen van de civielrechtelijke afdoening voor slachtoffers, daders en betrokken instanties? En met welke handvatten kunnen slachtoffers van online fraude en andere betrokken personen en partijen worden bijgestaan in de civielrechtelijke afdoening van online fraude? Dit onderzoek moet deze en meer vragen beantwoorden. Met dit onderzoek wordt meer inzicht verkregen in het verloop van de civielrechtelijke afdoening en de gevolgen voor slachtoffers en daders. Hierdoor kunnen concrete handvatten geformuleerd worden voor slachtoffers en maatschappelijke organisaties om deze interventie succesvol in te zetten. Het biedt inzichten ter verbetering van de uitvoering van de civielrechtelijke afdoening van online fraude: een toekomstbestendige civielrechtelijke afdoening van online fraude.
SASS ondersteunt die project met € 107.400,-
Sinds begin 2021 kunnen slachtoffers van fraude een terugstortverzoek naar de vermeende oplichter laten sturen en bij weigering van het terugstortverzoek naam, adres en woonplaats van deze rekeninghouder ontvangen. Slachtoffers kunnen vervolgens met deze gegevens een rechtsvertegenwoordiger hun geld laten terugeisen. Wanneer er ondanks aanmaningen en herinneringen niet wordt betaald, kan er namens het slachtoffer worden gedagvaard. In het onderzoeksproject staat deze civielrechtelijke procedure centraal.
Gezien de bijzondere aard van de procedure die strafbare feiten afdoet buiten het strafrecht en de nieuwe manier van uitvoering geven aan slachtofferrecht, zijn er nog veel vragen. In hoeverre voorziet deze afdoening aan de genoegdoening van slachtoffers van online fraude? Wat zijn de gevolgen van de civielrechtelijke afdoening voor slachtoffers, daders en betrokken instanties? En met welke handvatten kunnen slachtoffers van online fraude en andere betrokken personen en partijen worden bijgestaan in de civielrechtelijke afdoening van online fraude? Dit onderzoek moet deze en meer vragen beantwoorden. Met dit onderzoek wordt meer inzicht verkregen in het verloop van de civielrechtelijke afdoening en de gevolgen voor slachtoffers en daders. Hierdoor kunnen concrete handvatten geformuleerd worden voor slachtoffers en maatschappelijke organisaties om deze interventie succesvol in te zetten. Het biedt inzichten ter verbetering van de uitvoering van de civielrechtelijke afdoening van online fraude: een toekomstbestendige civielrechtelijke afdoening van online fraude.
SASS ondersteunt die project met € 107.400,-